De strijd om de taalwet is nog (lang) niet gestreden. Parlementsvoorzitter Andri Paroebi laat weten dat er op dinsdag 14 mei gestemd wordt over de moties die de pro-Russische partijen hebben ingediend en die inhouden dat het positieve besluit van donderdag wordt herroepen. Is er geen meerderheid te vinden voor herroeping, dan willen de tegenstanders van de taalwet zich richten tot het Constitutionele Hof.
Het parlement besloot eergisteren dat het Oekraïens de nationale taal is én blijft, zoals dat eigenlijk al vanaf het begin van de onafhankelijkheid in 1991 het geval is. Van de laagste ambtenaar tot aan de president zijn verplicht om zich bij het uitoefenen van hun taak te uiten in het Oekraïens, terwijl dat in privégesprekken niet het geval hoeft te zijn. De pro-Russische partijen - het Oppositieblok en het Oppositieplatform/Voor het Leven - vinden dat ook de Russische taal een rol moet houden in het openbare verkeer.
Zij wisten gisteren parlementsvoorzitter Paroebi er van te weerhouden om het met een ruime meerderheid aangenomen wetsvoorstel te ondertekenen, zodat het daarna naar president Petro Porosjenko gestuurd kon worden. Porosjenko is er op gebrand om de wet nog te accorderen. Zijn nog niet geïnstalleerde opvolger Volodimir Zelenski heeft duidelijk gemaakt dat hij er niet op zit te wachten; de wet is volgens hem te dwingend.
Voorstanders wijzen er op dat de Oekraïense taal al eeuwenlang wordt onderdrukt en dat er echt maatregelen nodig zijn om het Oekraïens de rol te geven die het verdient. Meer over de onderdrukking van het Oekraïense taal is te lezen in het artikel 'Dat er geen Oekraïens was, is en zal zijn' op deze website.
Bron: Unian
Geen opmerkingen:
Een reactie posten