In de komende twee jaar moet Oekraïne 15 miljard euro aan leningen terugbetalen. Dat wordt nog een hele opgaaf, aldus de Nationale Bank, die naarstig op zoek is naar nieuwe geldbronnen om zowel de binnenlandse als de buitenlandse leningen af te kunnen lossen en de rentebetalingen te voldoen. Toch gaat het wel lukken als Oekraïne de steun blijft houden van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en in het kielzog daarvan van de Europese Unie en de Wereldbank.
Het IMF heeft Oekraïne inmiddels een nieuw leningsprogramma aangeboden waarbij binnen veertien maanden in totaal 3,4 miljard euro kan worden opgenomen. Daarmee wordt het in ieder geval mogelijk om 2019 te overbruggen, dat vanwege het kiezen van zowel een nieuwe president (eind maart) als een nieuw parlement (eind oktober) valt te overbruggen.
Volgend jaar moet in ieder geval 967 miljoen euro aan eurobonds worden terugbetaald. Door het akkoord met het IMF is er vertrouwen bij andere geldverstrekkers, zodat in totaal 7 miljard euro kan worden geleend door de Oekraïense overheid.
Er is alleen één probleem: de presidentskandidaten Joelia Timosjenko en Joeri Bojko willen de (forse) overheidssubsidie op aardgas weer terug hebben en ze willen van het IMF af. Wordt een van deze twee de nieuwe president, en worden deze verkiezingsbeloftes doorgezet, dan ziet de financiële situatie van Oekraïne er ineens heel anders uit.
Bron: Unian
Geen opmerkingen:
Een reactie posten