Ruim de helft van de Oekraïners beschouwt de hongersnood in de winter van 1932-'33 als genocide, volkerenmoord op de Oekraïense bevolking. Dat blijkt uit een enquete van het bureau Rating. Van alle 14.000 ondervraagden blijkt dat 59 procent meent dat de hongersnood - ook wel Holodomor genoemd - destijds met opzet is veroorzaakt door het Sovjet-regime.
Tussen de 3 en 10 miljoen Oekraïners kwamen om het leven toen gedurende de winter voedsel werd weggehaald om de Russische bevolking te voeden. Het zal altijd onduidelijk blijven hoeveel doden er precies vielen en voor- en tegenstanders van het benoemen van de hongersnood als genocide hanteren cijfers die ver uiteen lopen. Algemeen aanvaard is wel dat sprake was van hongersnood in de bewuste periode.
Bij de recente peiling bleek 59 procent dus overtuigd dat sprake was van opzet, terwijl 22 procent vindt van niet. 19 procent zegt het niet te weten. Opvallend is wel dat in maart 2010 61 procent koos voor de genocide-opvatting en dat in januari 2011 nog maar 53 procent dit vond. Een volgende peiling, in april 2011, gaf echter weer 58 procent aan. Het is onduidelijk waar deze tijdelijke daling door is veroorzaakt, mogelijk kwam het omdat de president Viktor Janoekovitsj tegengas gaf. Zijn voorganger Viktor Joestsjenko is fervent voorstander van de genocide-opvatting.
Duidelijk is wel dat de voorstanders van de genocide-opvatting vooral in het westen, midden en noorden van Oekraïne zijn te vinden. Het gaat dan om 80 procent van de bevolking. In het oosten komt die steun maar van een derde van de bevolking, in de Donbas om een kwart. Een op de vier jongeren twijfelt tussen opzet en overmacht, in de steden is ook meer steun voor de genocide-opvatting dan op het platteland (64 tegen 57 procent).
Bron: Ukrinform
Geen opmerkingen:
Een reactie posten