maandag 29 januari 2018

'Vooral oligarchen houden vooruitgang tegen'

Een op de vier Oekraïners gelooft er niet in dat hun land binnen afzienbare tijd 'uit het moeras' komt, terwijl vier van de tien hopen dat hun land de huidige moeilijkheden in de komende tien tot vijftien jaar weet te overwinnen. Eén op de zes is optimistischer en verwacht dat binnen vijf jaar betere tijden aanbreken.

Dat blijkt uit peiling waarvan het opinieweekblad De Spiegel afgelopen zaterdag de resultaten publiceerde in het kader van een themanummer over de leegloop van Oekraïne door emigratie. De vertrekkers zijn teleurgesteld in hun land. Dan gaat het om 30 procent van de mensen die tijdelijk uit Oekraïne weg willen, om 64 procent van de mensen die nooit meer terug willen, om 57 procent van de mensen die bereid zijn om zich door een politicus te laten omkopen om op hem of haar te stemmen, en om 42 procent van de mensen die verkiezingen zinloos vinden, aldus De Spiegel.

De deelnemers aan de peiling wijzen de oligarchen aan als het belangrijkste struikelblok voor de ontwikkeling van hun land (42,4 procent), maar ook het parlement (32,9 procent), president Petro Porosjenko en het kabinet van premier Volodimir Hrojsman (beide 26,3 procent) en het overheidsapparaat (16 procent).

Rusland wordt door 14,5 procent genoemd als struikelblok, de pro-Russische 'vijfde kolonne' door 12 procent, de politieke partijen 6,5 procent, de Oekraïense nationalisten door 5,3 procent, de rechtbanken 4,5 procent en Joden door 3,6 procent. Dat het juist de kiezers zijn die de vooruitgang in het land tegen houden, wordt door slechts 3,2 procent benoemd. Ook is er nog 3 procent die vindt dat de Verenigde Staten er de hoofdoorzaak van zijn dat het zo slecht gaat met Oekraïne. Van alle ondervraagden kon of wilde 14,1 procent de vraag niet beantwoorden.

Negen van de tien Oekraïners zien er het nut niet van in om zich in te zetten voor de publieke zaak. Terwijl ze klagen over de wijdverbreide corruptie geeft 37 procent toe daar af en toe zelf aan mee te werpen door smeergeld te betalen, terwijl 5 procent dat geregeld doet om iets voor elkaar te krijgen. 53 procent zegt nooit iemand om te kopen en 5 procent houdt zich veilig op de vlakte door de vraag hierover niet te beantwoorden.

Werken in Rusland is voor 41,9 procent acceptabel als er in eigen land geen werk te vinden is, terwijl 21,2 procent zegt dat het niet uitmaakt 'als er maar wat te verdienen valt'. Er zijn regionale verschillen: in het zuiden is 76,1 procent niet afkerig van werken in het vijandige Rusland, in het oosten gaat het om 74,5 procent, in het midden om 60 procent, terwijl in de westelijke provincies nog maar 49,4 procent daar iets voor voelt.

Bron: Interfax

Geen opmerkingen: