De vergiftiging van toenmalig presidentskandidaat Viktor Joesjenko in 2004 is volgens het Openbaar Ministerie een bedenksel van z'n eigen mensen. Plaatsvervangend procureur-generaal Renat Koezmin heeft dat gezegd in een interview met NBN. Koezmin zei zich te baseren op informatie van het parlementslid David Zjvania. "Hij heeft ons verteld dat Joesjenko helemaal niet is vergiftigd. Het idee kwam van Joesjenko's campagneteam dat de verkiezingen wilde winnen door de regering te beschuldigen", aldus Koezmin.
"Zjvania zei er bij dat hij tegen dit plan was. Hij vond het risico te groot dat het uit zou komen, waarna Joesjenko voor iedereen ongeloofwaardig zou zijn. Vervolgens werd hij uit het campagneteam gezet." Zjvania is niet de enige die beweert dat Joesjenko's vergiftiging met dioxine niet meer dan een bedenksel is, maar er zijn ook mensen die er heilig in geloven dat hij is vergiftigd en dat de toenmalige regering er de hand in had. "Daarom hebben we Joesjenko herhaaldelijk gevraagd om nogmaals een bloedtest te laten doen."
Viktor Joesjenko voelde zich ziek nadat hij op 5 september 2004 een ontmoeting had met medewerkers van de staatsveiligheidsdienst SBU. Vijf dagen later werd hij voor onderzoek opgenomen in een Weens ziekenhuis, waar dioxines in zijn bloed werden aangetroffen. Ook een bloedonderzoek in mei 2006 toonde dat aan. In november wilde de toen net benoemde procureur-generaal Viktor Psjonka dat Joesjenko zijn bloed zou laten onderzoeken in een Oekraiëns laboratorium. Joesjenko weigerde dat, omdat Psjonka daarvoor volgens hem geen goede argumenten had.
Bron: ForUm
Geen opmerkingen:
Een reactie posten