Porosjenko wil 'meteen' besluit over anti-corruptierechtbank van parlement

President Petro Porosjenko.

President Petro Porosjenko heeft het parlement opgeroepen om met de grootste spoed zijn wetsvoorstel te behandelen voor het opzetten van een speciale rechtbank voor grote corruptiegevallen. Hij gebruikt daar zelfs het woord 'meteen' bij, om de urgentie aan te geven. Ook zou het parlement een besluit moeten nemen over het voorstel van de president om (vrijwilligers)organisaties niet langer te verplichten openheid te geven over hun financiering.

Als het parlement beide voorstellen aanvaardt, dan wordt niet alleen toegegeven aan de buitenlandse druk van onder meer de Europese Unie, het IMF en de Wereldbank, maar wordt tegemoet gekomen aan een belangrijk punt van kritiek van de Europese Commissie voor Democratie door Recht (ook wel: Commissie van Venetië) die vreest dat kritische organisaties het werken onmogelijk wordt gemaakt als zij moeten aangeven waar ze hun geld vandaan krijgen en hoe ze dat besteden.

Er wordt al maanden gesteggeld over een anti-corruptierechtbank. Op 21 december vorig jaar werd een door parlementsleden opgesteld wetsvoorstel teruggetrokken. Diezelfde dag kreeg president Porosjenko een voorstel aangeleverd door deskundigen. Het was een voorstel waarin zowel de kritiekpunten van de OVSE als van de Commissie van Venetië waren verwerkt.

De volgende dag diende Porosjenko het wetsvoorstel in bij het parlement, met de toevoeging dat het snel op de agenda moest worden gezet. Daar kwam het niet terecht. Wel werden meerdere alternatieve voorstellen opgesteld.

Vorige maand zei Irina Loetsenko, Porojenko's vertegenwoordiger in het parlement, dat het parlement het wetsvoorstel van de president vanwege de tijdsdruk maar zou moeten aannemen in eerste lezing. Daarna zouden wel wijzigingen volgen om te voldoen aan de kritiekpunten van de Commissie van Venetië en het IMF. Zij veronderstelde dat de anti-corruptierechtbank over hooguit een half jaar aan de slag kan.

Critici van Porosjenko menen dat de president een vertragingstactiek toepast om maar zo lang mogelijk onder de anti-corruptierechtbank uit te komen. In het buitenland en in gesprekken met vertegenwoordigers van internationale organisaties zegt hij de corruptie te willen bestrijden, maar in eigen land is daar nog weinig van terug te zien.

Bron: Interfax