De regering mag dan zeggen dat alles in het werk wordt gesteld om de corruptie tegen te gaan, maar de Oekraïense tak van Transparancy International komt tot een andere conclusie. De bedragen die corrupte bestuurders en ambtenaren opstrijken zijn volgens TI en het online platform Persha Instantia een stuk hoger geworden.
In 2014 was het gemiddelde omkoopbedrag 30.000 hrivna (1.028 euro), maar vorig jaar was dit gestegen naar 40.000 hrivna (1.374 euro). Dit heeft voor een belangrijk deel te maken met de inflatie. De prijzen voor omkoping worden simpelweg verhoogd om toch hun neveninkomsten op peil te houden. Het totaalbedrag aan smeergeld ging overigens vorig jaar wel omlaag van 22 naar 19 miljoen hrivna (754.500 naar 651.200 euro).
Transparancy International en Persha Instantia hebben een kleine duizend gevallen van corruptie onder de loep genomen vanaf 2014 tot februari van dit jaar. Slechts één op de vijf ambtenaren (19 procent) die werden betrapt op het aannemen van smeergeld is achter de tralies verdwenen, terwijl 9 procent werd ontslagen. In 34 procent van de gevallen werd een geldboete opgelegd en 38 procent kreeg een officiële waarschuwing. De opgelegde boetes waren niet hoger dan 20.000 hrivna (685 euro).
Een verrassende conclusie uit het rapport: zoveel te hoger de omkoopbedragen, des te kleiner de kans dat de overtreder niet de gevangenis in hoefde. Van de corrupte ambtenaren en bestuurders die meer dan een miljoen hrivna aan pakten, verdween er slechts één achter de tralies. De anderen werden ontslagen of kregen een officiële waarschuwing en mochten hun baan houden.
Bron: Unian
Geen opmerkingen:
Een reactie posten