Het aantal slachtoffers van het oorlogsgeweld in Oost-Oekraïne was afgelopen weer even hoog als in augustus 2015. Tot deze conclusie komt Zeid Ra'ad, de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties. Hij roept de strijdende partijen op om met vechten te stoppen. Volgens Ra'ad zijn in de maand juni 69 burgers slachtoffer geworden van de oorlog: 12 doden en 57 gewonden.
Dat was toen al bijna het dubbele van mei. In juli liep het aantal burgerslachtoffers zelfs op tot 73 (8 doden en 65 gewonden). ''De escalatie van het geweld en de toename van de aantallen gewonden en doden in de laatste twee maanden baart zorgen. Burgers moeten weer hun toevlucht nemen tot geïmproviseerde schuilkelders, soms midden in de nacht, en in toenemende mate. De prijs die de vrouwen, mannen en kinderen in Oost-Oekraïne moeten betalen voor dit zogenoemde staakt-het-vuren is te hoog'', meent Ra'ad.
De schuld ligt volgens hem bij zowel de pro-Russische rebellen als bij het Oekraïense leger. ''Geen van beide partijen neemt de moeite om burgers te beschermen. Daarom roepen we beide partijen op om soldaten en wapens weg te halen uit bevolkte gebieden en om zich te houden aan wat in Minsk is afgesproken.''
Ruim de helft van alle doden en gewonden van de afgelopen twee maanden werd slachtoffer van een beschieting. De overige burgerslachtoffers kwamen door landmijnen, niet ontplofte explosieven, booby traps en amateuristisch in elkaar geknutselde explosieven, aldus de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten die ook constateert dat zowel de rebellen als Oekraïense soldaten zich schuldig hebben gemaakt aan het plunderen van huizen en het beschieten van scholen en ziekenhuizen.
In Zajtseve hebben rebellen zich verschanst in een ziekenhuis, terwijl volgens de VN Oekraïense soldaten onderdak hebben gevonden in een school in Pavlopil.
Afgelopen weekeinde waren medewerkers van de VN in de door de separatisten bezette stad Donetsk getuige van een schotenwisseling in de nachtelijke uren en zagen zij hoe een aantal woningen in de wijk Koeibisjevski waren vernield door een beschieting. Transformatorstations en stroomleidingen zijn vernield waardoor er te weinig water is voor de burgers die langs de frontlijn wonen. Dagelijks passeren tussen de 25.000 en 30.000 burgers de frontlijn via grensovergangen die omgeven zijn door onvoldoende gemarkeerde mijnenvelden.
In de afgelopen weken is de situatie daar alleen maar slechter geworden door toenemende schotenwisselingen van beide zijden, in het bijzonder bij een voetbrug in Stanitsja Loehanska, de enige grensovergang in de provincie Loehansk, aldus de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN.
Bron: Unian
Geen opmerkingen:
Een reactie posten