Polen verdenkt twee Oekraïners van het saboteren van een spoorlijn in het oosten van het land. Ze zijn op beelden herkend. De twee werken volgens premier Tusk voor Rusland. Een ramp is voorkomen doordat een machinist de schade aan het spoor op tijd opmerkte en het treinverkeer kon worden stilgelegd. Bij een tweede incident op dezelfde lijn, verder zuidelijk, is de bovenleiding beschadigd. Ook dat wordt beschouwd als een sabotageactie.
Tusk zei na afloop van een overleg van de nationale veiligheidsraad, de legertop en de inlichtingendiensten dat op een deel van het spoor het dreigingsniveau is verhoogd en dat het leger wordt ingezet om de infrastructuur er te controleren en te beschermen.
De twee verdachten zijn het land weer uit, zei Tusk in het parlement. Ze zijn volgens hem naar Wit-Rusland gegaan. Een van hen is in Lviv al eens bij verstek veroordeeld voor sabotage. Volgens de premier werken de twee al langere tijd voor de Russische geheime dienst. Hun identiteit is bekend bij de autoriteiten, maar wordt in het belang van het onderzoek niet vrijgegeven. Hij zei verder dat hij het aantal acties van de Russische veiligheidsdiensten in Europa ziet toenemen. Het Poolse Openbaar Ministerie noemt dit soort acties een groot gevaar voor de samenleving.
Tusk noemde de explosie tussen Warschau en de oostelijk gelegen stad Lublin gisteren een "ongeëvenaarde sabotageactie". De spoorlijn loopt van Lublin verder naar Oekraïne en is een belangrijke aanvoerroute van goederen en militair materieel voor het buurland.
Bron: NOS, foto: PAP

_(cropped).jpeg)




