Burgemeester Oleksandr Popov van Kiev en voormalig plaatsvervangend secretaris Volodimir Sivkovitsj van de Nationale Veiligheidsraad zijn de eersten die profiteren van de amnestiewet die het parlement onlangs aannam. Beiden werden aanvankelijk verantwoordelijk gehouden voor het politiegeweld op 30 november, toen de oproerpolitie de betogers van het Onafhankelijkheidsplein wilde verdrijven.
De twee zijn door de rechtbank ontslagen van rechtsvervolging. Eerder werden zij geschorst uit hun functie, wat ook politiechef Valeri Koriak en zijn rechterhand Petro Fedsjoek overkwam. Volgens het Openbaar Ministerie is buiten Popov en Sivkovitsj nog aan 21 anderen amnestie verleend en in 14 gevallen is het strafrechtelijk onderzoek tegen hen afgesloten. Uit de berichtgeving blijkt niet welke rol deze 35 personen hebben gespeeld bij de gewelddadigheden van 30 november.
In de amnestiewet is bepaald dat betogers pas gratie krijgen als de bezette gebouwen en de barricades in de hoofdstad zijn verlaten. Daarvoor staat een termijn van vijftien dagen die bijna ten einde is. De anti-regeringsdemonstranten hebben tot nu toe geweigerd daar gehoor aan te geven.
Bron: Interfax
Geen opmerkingen:
Een reactie posten